×

'Visserij in naam ministerie is veel meer dan alleen symboolpolitiek'

Woensdag 12 juni 2024
Terug naar overzicht
Deel dit artikel
Op het moment dat ik deze visie schrijf, heeft net het formatiedebat plaatsgevonden in de Tweede Kamer. De vier beoogde regeringspartijen – PVV, NSC, VVD en BBB – doorstonden in dit debat met gemak de kritiek die werd geuit door de oppositiepartijen. Asiel, arbeidsmigratie, bestaanszekerheid, klimaat en de boeren waren de onderwerpen die het meest aan bod kwamen.
 
Wat onbenoemd bleef, maar bij de bekendmaking van het hoofdlijnenakkoord gelukkig wél een plekje in de redactionele kolommen van de publiekspers had gekregen, is dat het woord ‘Visserij’ weer terugkeert in de naam van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN). “Er zijn 207 kotters en maximaal 1.500 vissers. Het is symboolpolitiek van kleuters. Eigen ego eerst. Kwalijk en geldverslindend; alleen maar om het volk te paaien, niet om de samenleving te verbeteren”, was een zure reactie van een Kamerlid van GroenLinks/PvdA. “Door visserij weer volwaardig onderdeel te laten zijn in het ministerie worden de vissers niet meer genegeerd”, sprak Caroline van der Plas van BBB. Ze kreeg bijval van garnalenvisser Bouke Koornstra: “De afgelopen jaren werd er in het kabinet veel gezegd over wat niet kan, en daardoor is onze sector veel kleiner geworden. Het is heel belangrijk voor de vissers dat deze stap is genomen.”
 
Veel meer dan symboolpolitiek
Wie puur naar de getallen kijkt, kan bijna waardering opbrengen voor de zienswijze van GL/PvdA, D66 en PvdD. Bijna, want Visserij terugbrengen in de naam van het ministerie, is veel meer dan een stuk symboolpolitiek. Door ‘Visserij’ in één lijn te brengen met Landbouw, Voedselzekerheid en Natuur straalt de overheid weer uit dat Nederland gezien moet worden als een land dat de wereld kan én wil voeden. Dat je als land waarde hecht aan voedselzekerheid in tijden van oorlog. Een land dat pal achter zijn boeren en vissers staat en dus erkent dat de bijdrage die zuivel, vlees én vis leveren aan de economie (in het geval van de visserij en visverwerking ruim zes miljard euro per jaar) vooral niet onderschat mag worden. En dat boeren en vissers hoeders zijn van de natuur en niet gezien mogen worden als vijand. Maar dat zult u niet horen van partijen die liever windmolens neerplompen in de Noordzee, met alle negatieve gevolgen voor de visstand…
 
Geen egotripperij, kwalijk of geldverslindend: nee, de visserij is een sector waar we met z’n allen trots op mogen zijn. Fijn dat de regering-in-wording dit nu erkent. Ik sluit graag af met de woorden van Johan K. Nooitgedagt, de voorzitter van de Nederlandse Vissersbond: ‘Natuurlijk zijn we er nu nog niet, maar er is hiermee een goede basis gelegd en die bal moeten we er als visserijsector nu vooral samen goed intikken.’
 
Trotse groet.

Martijn Schwillens
Hoofdredacteur vaktijdschrift Fish&Co


LEES HIER DE NIEUWE UITGAVE VAN VAKTIJDSCHRIFT FISH&CO